Tijken, matrassen, bedden, bekleding voor hoofdborden, dat is wat er normaal gesproken vertrekt vanuit de fabriek van Koninklijke Auping in Deventer. Sinds april zijn daar mondkapjes bij gekomen.
Koninklijke Auping heeft inmiddels al miljoenen mondkapjes afgeleverd bij het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) van de overheid. Het LCH stuurt sinds 24 maart 2020 de medische hulpmiddelen die beschermen tegen corona naar de ziekenhuizen. Zo ook mondneusmaskers, want zo heten ze officieel. Het idee om zelf mond- kapjes te maken, ontstond tijdens de eerste week van de lockdown. De directeur Operations opperde het. Bedrijven in de omgeving, zoals Panton, hadden ook al zulke plannen. En er was een telefoongesprek met een vriend die in het Gelre ziekenhuis in Apeldoorn werkt. “Hij vertelde mij dat de mondkapjes bijna op waren”, vertelt Mark Groot Wassink. “Dan zouden ze met plastic zakken voor hun mond moeten gaan werken.” Mark is manager business development bij Koninklijke Auping. De volgende dag, een zaterdag, kwamen hij en een aantal collega’s plus enkele experts uit de zorg bij elkaar in het naaiatelier van Koninklijke Auping. “We hebben samples gemaakt. Na een dag proberen hadden we wel het idee dat het zou lukken.”
Een maand later lag er een CE-gecertificeerd mondkapje. “Een enorme prestatie”, zegt Mark. “Normaal duurt zo’n procedure een half jaar.” Vlak na het certificaat kwam ook de opdracht van de overheid binnen. Toen kon de productie van start. Eerst handmatig, want er waren nog geen machines. Inmiddels zijn die er wel. Nu drie, binnenkort vijf. Duflex Mechatronics is een van de leveranciers van de machines. DSM levert Meltblown-doek, het filtermateriaal voor in de mondkapjes. Mark: “Dankzij samenwerking met heel veel partijen kunnen wij de mondkapjes produceren.”
Vier miljoen mondkapjes heeft Koninklijke Auping inmiddels aan het LCH geleverd. Het zijn FFP2-maskers. Die voldoen aan de strengste normen. Ze zijn dus geschikt voor gebruik in ziekenhuizen. “Dat past bij ons”, vertelt Mark. “Als we iets doen, dan doen we het ook goed. En we zijn nog lang niet klaar. De volgende opdracht is inmiddels binnen. Ja, ik ben enorm trots.” ●
‘De productie gaat dag en nacht door, zeven dagen per week’
Als we iets doen, doen we het goed’
Bij Koninklijke Auping werken ongeveer 350 mensen. Althans, in normale tijden. “Nu 72 extra, speciaal voor de mondkapjes”, vertelt Martijn Aalders, manager HR. “Ze werken in ploegendiensten. De productie gaat dag en nacht door, zeven dagen per week.” De nieuwe collega’s worden ingewerkt en begeleid door mensen die al bij Koninklijke Auping werkten. Zoals Nick van den Broek. “Ik was toe aan een nieuwe uitdaging.” En dat is prettig, op zijn 39ste. “Ik heb nog even te gaan tot aan mijn AOW.” Toch speelde het onderwerp ‘pensioen’ al wel. “Ik ben gescheiden en heb twee kinderen. Dus ik heb een deel van mijn pensioen afgestaan aan mijn ex-vrouw.” Nick vindt het belangrijk om zich erin te verdiepen. “Als je er te weinig vanaf weet, kun je daar last van hebben bij een scheiding. Ik dacht: dat gaat mij niet gebeuren.”
⇩ extra online content ⇩
Koninklijke Auping stampte in recordtijd een nieuw product uit de grond. Extra werkruimte, nieuwe machines, extra mensen. Dat alles lukte dankzij heel veel betrokken collega’s.
De start van het project draaide op adrenaline. Iedereen barstte van de energie. De lijntjes met alle andere betrokken bedrijven waren kort. Toen de productie eenmaal op stoom kwam, was het belangrijk om te zorgen dat ze deze marathon zouden volhouden. “We hebben een contract met de overheid tot april 2021. Dat red je niet op adrenaline”, vertelt manager HR Martijn Aalders. “Daarom was het belangrijk om te zorgen dat alles klopt. Dat alle processen goed geregeld zijn. We moeten zuinig zijn op onze mensen.” Het tekort aan mondkapjes was groot. Daarom wilde Koninklijke Auping direct van start. “Eerst hebben de collega’s van ons naaiatelier mondkapjes met de hand gemaakt. Toen de machines er waren, zijn we overgestapt van handmatig naar machinaal.” De productie van bedden en matrassen liep ook gewoon door. “Daar moesten we natuurlijk ook tijd en aandacht voor hebben. Het moest niet ten koste gaan van ons bedrijf. Sowieso was er nog steeds veel vraag naar bedden en matrassen. Ook in deze tijd willen mensen goed slapen.” Daarom huurde Martijn samen met uitzendbureau Tempo Team extra mensen in. Inmiddels zitten ze op 72 nieuwe collega’s. En dat aantal groeit nog steeds. “Als er over enkele weken nog twee machines bijkomen, zitten we op zo’n 110 mensen.” Collega Mark Groot Wassink krijgt kippenvel als hij ziet hoe goed het allemaal gaat. “Dit is nou Koninklijke Auping: samen de schouders eronder en pionieren. We willen waarmaken wat we zeggen en doen wat we beloven.”
Bekijk hieronder een interview met Jan-Joost Bosman, CEO van Koninklijke Auping Nederland.
werkt nu drie weken bij Koninklijke Auping.
“Ik moet de controle doen. Dus ik kijk of de mondkapjes aan de eisen voldoen. Omdat het medische mondkapjes zijn, is het belangrijk dat er bijvoorbeeld geen gaatjes in zitten. Of dat het elastiek te diep zit, dan zit het kapje te strak. Als er iets fout is, zeg ik het tegen de operator. Hij kan dan meteen de aanpassingen maken. Zo beperken we verspilling van kostbare materialen.”
Ze vindt het prettig dat ze iets kan bijdragen tijdens deze pandemie. “Ik wil graag werk doen dat nuttig is. Ik vind het bijzonder om te zien hoe goed het allemaal is geregeld bij Koninklijke Auping. Het is heel netjes en schoon, dat had ik niet verwacht. Ook vind ik het prettig dat ik veel vragen kan stellen aan de operators. Daar leer ik van.”
stapte vier weken geleden voor het eerst bij Koninklijke Auping over de drempel.
“Ik was, vanwege corona, ontslagen bij mijn vorige baan. Ik hoorde van een kennis over dit werk. Ik meldde me aan en een uur later werd ik gebeld om op gesprek te komen. Tijdens de opleidingsdag hoorden we over de beschermende kleding en over de werkzaamheden zelf. Ik doe nu vooral het verifiëren: kijken of de mondkapjes goed zijn. Daarnaast sta ik veel bij het inpakken. We proberen de werkzaamheden af te wisselen. Anders wordt het zo monotoon. Ik vind het heel mooi om hierbij betrokken te zijn. Het voelt heel speciaal, dit past bij mij. Ook het bedrijf bevalt goed. Ik kreeg gelijk een heel positief gevoel toen ik binnenkwam.”