OVERIGE GEGEVENS |
Aan: het algemeen bestuur van Stichting PME pensioenfonds
Wij hebben een assurance-opdracht met redelijke mate van zekerheid uitgevoerd op de duurzaamheidsinformatie in het jaarverslag van Stichting PME Pensioenfonds te Den Haag over 2023. De duurzaamheidsinformatie bestaat uit de volgende hoofdstukken van bijlage 4. Rapportage Taskforce on Climate-related Financial Disclosures (TCFD) zoals opgenomen in het jaarverslag 2023:
Naar ons oordeel is de duurzaamheidsinformatie, in alle van materieel belang zijnde aspecten, opgesteld in overeenstemming met de rapportagecriteria zoals toegelicht in de sectie Criteria.
Daarnaast hebben wij een assurance-opdracht met beperkte mate van zekerheid uitgevoerd op de CO2-emissies van de vastgoedportefeuille en de Transition Pathway Information (TPI) over 2023 van Stichting PME pensioenfonds. Deze geselecteerde duurzaamheidsinformatie is opgenomen in hoofdstuk “Doelstellingen, maatregelen en resultaten” van bijlage 4. Rapportage Taskforce on Climate-related Financial Disclosures (TCFD) van het jaarverslag.
Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden en de verkregen assurance-informatie hebben wij geen reden om te veronderstellen dat de geselecteerde duurzaamheidsinformatie niet, in alle van materieel belang zijnde aspecten, is opgesteld in overeenstemming met de van toepassing zijnde criteria zoals toegelicht in de sectie Criteria.
Wij hebben onze assurance-opdracht uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder de Nederlandse Standaard 3000A, “Assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle of beoordeling van historisch financiële informatie (attest-opdrachten)”. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie Onze verantwoordelijkheden voor de assurance-opdracht over de duurzaamheidsinformatie.
Wij zijn onafhankelijk van Stichting PME pensioenfonds zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO). Dit houdt onder meer in dat wij geen activiteiten ondernemen die conflicterend kunnen zijn met onze onafhankelijke assurance-opdracht. Daarnaast hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA).
Wij vinden dat de door ons verkregen assurance-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel en onze conclusie.
De toegepaste criteria voor het opstellen van de duurzaamheidsinformatie en de geselecteerde duurzaamheidsinformatie betreffen de rapportage principes behorende bij de TCFD-Rapportage zoals toegelicht in bijlage 5. Toelichting meting CO2-uitstoot van het jaarverslag.
De vergelijkbaarheid van de duurzaamheidsinformatie tussen entiteiten onderling en in de tijd kan beïnvloed worden door het ontbreken van geüniformeerde praktijken ter beoordeling en meting van deze informatie. Dit biedt de mogelijkheid verscheidene, acceptabele meettechnieken toe te passen.
Daarom dienen de duurzaamheidsinformatie en de geselecteerde duurzaamheidsinformatie gelezen en begrepen te worden samen met de toegepaste criteria.
De duurzaamheidsinformatie over de jaren 2019 en 2020 is geen onderdeel geweest van een assurance-opdracht met een redelijke mate van zekerheid. Daarom is de ter vergelijking opgenomen duurzaamheidsinformatie over de jaren 2019 en 2020 en de daaraan gerelateerde toelichtingen in het jaarverslag 2023 niet van een redelijke mate van zekerheid voorzien, maar wel van een beperkte mate van zekerheid. Ons oordeel is niet aangepast als gevolg van deze aangelegenheid.
De geselecteerde duurzaamheidsinformatie over de standen per 31 december 2020, 31 december 2021 en 31 december 2022 (ten aanzien van de TPI) en de geselecteerde duurzaamheidsinformatie over de periode 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 ten aanzien van de CO2-emissies van de vastgoedportefeuille zijn geen onderdeel geweest van een assurance-opdracht. Daarom is de ter vergelijking opgenomen geselecteerde duurzaamheidsinformatie over de standen per 31 december 2020, 31 december 2021 en december 2022 van de TPI, de ter vergelijking opgenomen geselecteerde duurzaamheidsinformatie over de periode 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 van de CO2-emissies van de vastgoedportefeuille en de gerelateerde toelichtingen in het jaarverslag 2023 niet van een beperkte mate van zekerheid voorzien. Onze conclusie is niet aangepast als gevolg van deze aangelegenheid.
Onze assurance-opdracht is beperkt tot de duurzaamheidsinformatie en de geselecteerde duurzaamheidsinformatie. Wij hebben geen assurance-werkzaamheden uitgevoerd voor andere informatie in het jaarverslag in het kader van deze opdracht.
In de duurzaamheidsinformatie is toekomstgerichte informatie opgenomen in de vorm van ambities, strategie, plannen, verwachtingen, schattingen en risico-inschattingen. Toekomstgerichte informatie heeft betrekking op gebeurtenissen en acties die zich nog niet hebben voorgedaan en zich wellicht ook nooit zullen voordoen. Wij geven geen zekerheid bij de veronderstellingen en de haalbaarheid van deze toekomstgerichte informatie.
De kwantificering van de CO2-emissies is onderhevig aan inherente onzekerheid vanwege onvolledige wetenschappelijke kennis die wordt gebruikt om emissiefactoren te bepalen. Zoals toegelicht in bijlage 5. Toelichting meting CO2-uitstoot, omvat de duurzaamheidsinformatie toelichtingen op basis van klimaat scenario’s die onderhevig zijn aan inherente onzekerheid vanwege onvolledige wetenschappelijke en economische kennis over de waarschijnlijkheid, de timing of het effect van mogelijke toekomstige klimaatinvloeden.
In de duurzaamheidsinformatie zijn de berekeningen van de CO2-emissies van de aandelenportefeuille en de bedrijfsobligaties portefeuille veelal uitgevoerd aan de hand van veronderstellingen en met gebruikmaking van bronnen van externe partijen. De veronderstellingen en gehanteerde bronnen zijn toegelicht in bijlage 5. Toelichting meting CO2-uitstoot van het jaarverslag. Wij hebben vastgesteld dat deze veronderstellingen en externe bronnen passend zijn, maar ten aanzien van de inhoud van deze veronderstellingen en externe bronnen hebben wij geen werkzaamheden verricht.
In de geselecteerde duurzaamheidsinformatie zijn de berekeningen van de CO2-emissies van de vastgoedportefeuille en TPI veelal uitgevoerd aan de hand van veronderstellingen en met gebruikmaking van bronnen van externe partijen. De veronderstellingen en gehanteerde bronnen zijn toegelicht in bijlage 5. Toelichting meting CO2-uitstoot van het jaarverslag. Wij hebben beoordeeld dat deze veronderstellingen en externe bronnen plausibel en passend zijn, maar ten aanzien van de inhoud van deze veronderstellingen en externe bronnen hebben wij geen werkzaamheden verricht.
De verwijzingen naar externe bronnen of websites maken geen onderdeel uit van onze assurance-opdracht over de duurzaamheidsinformatie en de geselecteerde duurzaamheidsinformatie. Wij verstrekken daarom geen zekerheid over deze informatie.
Ons oordeel en onze conclusie zijn niet aangepast als gevolg van deze aangelegenheden.
Het algemeen bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de duurzaamheidsinformatie en de geselecteerde duurzaamheidsinformatie in overeenstemming met de criteria zoals toegelicht in de sectie Criteria.
Het algemeen bestuur is ook verantwoordelijk voor het selecteren en toepassen van deze criteria en voor het bepalen dat deze criteria toereikend zijn voor de gerechtvaardigde informatiebehoefte van belanghebbenden, rekening houdend met de van toepassing zijnde wet- en regelgeving met betrekking tot verslaggeving. De door het algemeen bestuur gemaakte keuzes ten aanzien van de reikwijdte van de duurzaamheidsinformatie en de geselecteerde duurzaamheidsinformatie en het verslaggevingsbeleid zijn uiteengezet in bijlage 5. Toelichting meting CO2-uitstoot van het jaarverslag.
Het algemeen bestuur is ook verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die het algemeen bestuur noodzakelijk acht om het opstellen van de duurzaamheidsinformatie mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
De audit, risk en compliance commissie is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het rapportageproces over de duurzaamheidsinformatie van Stichting PME pensioenfonds.
Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van de assurance-opdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte assurance-informatie verkrijgen voor de door ons af te geven conclusies.
Onze assurance-opdracht met een redelijke mate van zekerheid over de duurzaamheidsinformatie is uitgevoerd met een hoge, maar geen absolute, mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze assurance-opdracht niet alle materiële fraude en fouten ontdekken.
Onze assurance-opdracht met een beperkte mate van zekerheid over de geselecteerde duurzaamheidsinformatie is gericht op het verkrijgen van een beperkte mate van zekerheid om de plausibiliteit van de geselecteerde duurzaamheidsinformatie vast te stellen. De werkzaamheden variëren in aard en timing van, en zijn ook geringer in omvang, dan die bij een assurance-opdracht gericht op het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid. De mate van zekerheid die wordt verkregen bij een assurance-opdracht met een beperkte mate van zekerheid is daarom ook aanzienlijk lager dan de zekerheid die wordt verkregen bij een assurance-opdracht met een redelijke mate van zekerheid.
Wij passen de Nadere voorschriften kwaliteitssystemen (NVKS) toe. Op grond daarvan beschikken wij over een samenhangend stelsel van kwaliteitsmanagement inclusief vastgelegde richtlijnen en procedures inzake de naleving van ethische voorschriften, professionele standaarden en andere relevante wet- en regelgeving.
Een meer gedetailleerde beschrijving van onze verantwoordelijkheden is opgenomen in de bijlage bij dit assurance-rapport.
Deze werkzaamheden bestonden onder meer uit:
Deze werkzaamheden bestonden onder meer uit: